Op de hondenuitlaatkaart kunt u zien waar u uw hond in Baarn kunt uitlaten. Ook leest u hier waar u wel of geen opruimplicht voor hondenpoep heeft. Laat u uw hond uit in een gebied met opruimplicht? Dan stopt u de hondenpoep in de speciale afvalbakken genaamd Depodogs. De hondenuitlaatkaart kunt u onderaan deze pagina bekijken.

De gemeente heeft een aantal regels voor het uitlaten van honden

Deze regels vindt u in de toelichting onderaan deze pagina: Toelichting hondenuitlaatkaart.

Uitlaatgebieden

Op de website van Doggy Dating(externe link) vindt u meer informatie over zwemwater voor honden, rolstoelvriendelijke uitlaatgebieden en uitlaatgebieden met wandelroutes.

Voor vragen over de regels of uitlaatgebieden kunt u contact opnemen met één van de buitengewoon opsporingsambtenaren (BOA’s). Deze is bereikbaar via telefoonnummer 035 - 548 16 11.

Hondenuitlaatkaart

Weergave van de hondenuitlaatkaart: hier vindt u de uitlaatterreinen voor honden, locaties waar honden zijn verboden en locaties van Depodogs/ Belloo's

Toelichting hondenuitlaatkaart

Een hond is een trouw huisdier dat de eigenaar veel plezier kan bezorgen. Helaas kunnen honden ook voor overlast zorgen. Hondenpoep kan lastig zijn voor wandelaars, spelende kinderen en rolstoelgebruikers. Loslopende honden roepen soms angstgevoelens op. De enige die de overlast kan voorkomen is de begeleider van de hond. De gemeente heeft een aantal regels opgesteld om hondenbezitters en andere inwoners duidelijk te maken over wat wel en wat niet is toegestaan. Deze regels zijn samengevat in zes punten.

1. Honden moeten zijn aangelijnd

De algemene regel is dat honden in de gemeente aangelijnd moeten zijn. Daarop zijn twee uitzonderingen. Die zijn te vinden onder 2 en 3.

2. ...Behalve in de uitlaatgebieden

De op de kaart groen gemarkeerde gebieden zijn speciaal aangewezen om honden los te laten lopen. Op de locatie zelf zijn deze plekken te herkennen aan vierkante groene borden met de afbeelding van een hond. Ook enkele bosgebieden vallen daaronder. Honden kunnen op die plekken in het algemeen geen overlast bezorgen. Maar ook voor deze gebieden geldt dat het een eigen inschatting is. Wie gevaar ziet, doet er toch goed aan de hond aan te lijnen.

3. Op enkele plaatsen mag de hond helemaal niet komen

Op kinderspeelplaatsen, speelweiden en zandbakken zijn honden ongewenst. De vervuiling is daar het meest hinderlijk en vormt een gevaar voor de volksgezondheid. Honden mogen daar dan ook helemaal niet komen, of ze nu aangelijnd zijn of niet. Op de kaart zijn deze plekken rood ingekleurd. Op de locatie zelf wordt dit duidelijk gemaakt door een rond wit bord met een rode rand, met daarbinnen de afbeelding van een hond.

4. Elke hond moet thuis te brengen zijn

Elke hond moet een duidelijk kenmerk dragen, waaruit blijkt waar het dier thuishoort. Een label met een telefoonnummer is daarvoor al voldoende. Honden die zonder begeleiding worden aangetroffen kunnen in een asiel worden geplaatst. Na betaling van de opvangkosten kan de eigenaar het dier weer meenemen.

5. Hondenpoep moet meteen worden opgeruimd door de begeleider

Om de gemeente zo schoon mogelijk te houden wordt verwacht dat de begeleider de poep direct opruimt. Een begeleider moet dan ook voldoende opruimmiddelen bij zich hebben als de hond wordt uitgelaten. Geschikte opruimmiddelen zijn verkrijgbaar bij de plaatselijke dierenwinkels. De eenvoudige kartonnen schepjes kunnen met het groenten-, fruit- en tuinafval (dus in de groene container) worden meegegeven. Uiteraard kan ook gebruik worden gemaakt van de zakjes bij de Depodogs / Belloo’s. De locaties daarvan zijn op de kaart aangegeven: de plastic zakjes kunnen na gebruik in de Depodog / Belloo worden gedaan. De gemeente zorgt ervoor dat deze regelmatig worden geleegd.

6. ...Behalve in de uitlaatgebieden

In de uitlaatgebieden hoeft de hondenpoep niet te worden opgeruimd. Deze gebieden zijn op de kaart met groen aangegeven. Ook op weg naar uitlaatgebieden moet de begeleider opruimmiddelen bij zich hebben. Een ongelukje zit immers in een klein hoekje!

Ieder doet iets

Hondeneigenaren en de gemeente zorgen er samen voor dat de gemeente schoon blijft en dat er geen ongelukken gebeuren. De hondenbezitter doet dat door zich aan de regels te houden. De gemeente doet dat door toe te zien op de handhaving. Onder andere hiervoor lopen er buitengewoon opsporingsambtenaren (BOA’s) rond. Zij geven adviezen aan hondenbezitters en controleren of de regels worden nageleefd. De gemeente richt de uitlaatterreinen hondvriendelijk in, plaatst bij de verboden terreinen borden, plaatst Depodogs / Belloo’s en laat de terreinen schoonhouden.

Contact en vragen

Voor vragen over de regels of uitlaatgebieden kunt u contact opnemen met een van de buitengewoon opsporingsambtenaren (BOA’s). Deze is bereikbaar via het gemeentehuis (tel. 035 – 548 16 11).